De anderen hebben het gedaan

De juiste persoon

Zij is een soort van halve vriendin

ik ken haar naam

ik weet wat ze draagt

ik weet hoe ze kleurt

Misschien de vierde vijfde halve want ik

heb al drie vier keer met een meisje

steeds een ander

dat telt op

Jij telt even hard van half naar kwart naar heel

het is een grappige som die niks betekent

maar het scheelt dat we met krankzinnige dingen

rekening kunnen houden

Ik kan berekenen dat mijn vriendschap

net iets groter is dan de jouwe

dat ze meer van mij is

rekening houdende met het aantal mijlen tot haar huis

ons verschil in lengte

haar a's en c's en de mijne

Ik heb meer uitgerekend

nu ik toch bezig ben om school voor gezien te houden

bijvoorbeeld hoe het beltegoed het beste te besteden

en hoe ik iets kan sparen

wat ik niet wil vertellen

ik heb de verhalen opgeteld

die ik buiten mijn spreekbeurten heb gehouden

hoeveel games ik ken

en welke letters daarin het meest voorkomen

en de grapjes die ik nog kon maken

over haar kale hoofd

haar steeds lichter wordende gezicht

een soort anti-neger wat nog even lachen werd

kijken wat ik overhoud

aan geld om haar voor de laatste keer te bellen

weet je ik bel je even

het komt allemaal goed hoor

Kijk ik door het infuus naar buiten

om te zien dat de lente in de lucht zit

terwijl achter mij de monitor doortelt

naar nul

daarna alle berekeningen drogen

eerst met een zakdoek

dan met de palm van mijn hand.

Ik doe waar ik toe aangespoord ben

Het gevaar niet de juiste persoon te zijn

niet bij zinnen te zijn

een fout te zijn in mijn overtuiging

een ijzige wind, te weinig kleren

en weten dat alles aandacht nodig heeft

maar dat voor mijn benen vergeten zijn

Ik denk te laat na over deze gedachte

Dat ene koude moment en anderhalve dag misselijk

van pijn die ik niet kende

wat zich in mijn lichaam klaarmaakt

Als ik stil sta waar ik stil sta

doe ik net alsof het ik daar duurde

Ik neem meer fouten mee

en van de ander wier haar ik zou dragen het beeld

van haar man achter een gebroken ruit

wat los zit slaat tegen de muren

haar jurk wappert in een gure oktoberwind

In de winter onder het ijs

een heel natuurgebied

De vondst

waarvan we niet het vinden hadden

maar wel de kennis en het aantal ongelukken

de stormschade

het huiselijk geweld

Niet hoe lang het ik duurde

Niet het zicht op de afslag waar nooit iets gebeurde

Het geluid vooral

Een uithangbord slaat tegen de dakrand

verhoogde hartslag, nu en dan uitval

en moeite met de tong

de werking ervan, het gehoorzamen.

Zij is een soort van halve vriendin

ik ken haar naam

ik weet wat ze draagt

ik weet hoe ze kleurt

Misschien de vierde vijfde halve want ik

heb al drie vier keer met een meisje

steeds een ander

dat telt op

Jij telt even hard van half naar kwart naar heel

het is een grappige som die niks betekent

maar het scheelt dat we met krankzinnige dingen

rekening kunnen houden

Ik kan berekenen dat mijn vriendschap

net iets groter is dan de jouwe

dat ze meer van mij is

rekening houdende met het aantal kilometers tot haar huis

ons verschil in lengte

haar voldoendes en onvoldoendes en de mijne

Ik heb meer uitgerekend

nu ik toch bezig ben om school voor gezien te houden

bijvoorbeeld hoe het beltegoed het beste te besteden

en hoe ik iets kan sparen

wat ik niet wil vertellen

ik heb de verhalen opgeteld

die ik buiten mijn spreekbeurten heb gehouden

hoeveel games ik ken

en welke letters daarin het meest voorkomen

en de grapjes die ik nog kon maken

over haar kale hoofd

haar steeds lichter wordende gezicht

een soort anti-neger wat nog even lachen werd

kijken wat ik overhoud

aan geld om haar voor de laatste keer te bellen

weet je ik bel je even

het komt allemaal goed hoor

Kijk ik door het infuus naar buiten

om te zien dat de lente in de lucht zit

terwijl achter mij de monitor doortelt

naar nul

daarna alle berekeningen drogen

eerst met een zakdoek

dan met de palm van mijn hand.

Ik doe waar ik toe aangespoord ben

Het gevaar niet de juiste persoon te zijn

niet bij zinnen te zijn

een fout te zijn in mijn overtuiging

een ijzige wind, te weinig kleren

en weten dat alles aandacht nodig heeft

maar dat voor mijn benen vergeten zijn

Ik denk te laat na over deze gedachte

Dat ene koude moment en anderhalve dag misselijk

van pijn die ik niet kende

wat zich in mijn lichaam klaarmaakt

Als ik stil sta waar ik stil sta

doe ik net alsof het ik daar duurde

Ik neem meer fouten mee

en van de ander wier haar ik zou dragen het beeld

van haar man achter een gebroken ruit

wat los zit slaat tegen de muren

haar jurk wappert in een gure oktoberwind

In de winter onder het ijs

een heel natuurgebied

De vondst

waarvan we niet het vinden hadden

maar wel de kennis en het aantal ongelukken

de stormschade

het huiselijk geweld

Niet hoe lang het ik duurde

Niet het zicht op de afslag waar nooit iets gebeurde

Het geluid vooral

Een uithangbord slaat tegen de dakrand

verhoogde hartslag, nu en dan uitval

en moeite met de tong

de werking ervan, het gehoorzamen.

Zij is een soort van halve vriendin

ik ken haar naam

ik weet wat ze draagt

ik weet hoe ze kleurt

Misschien de vierde vijfde halve want ik

heb al drie vier keer met een meisje

steeds een ander

dat telt op

Jij telt even hard van half naar kwart naar heel

het is een grappige som die niks betekent

maar het scheelt dat we met krankzinnige dingen

rekening kunnen houden

Ik kan berekenen dat mijn vriendschap

net iets groter is dan de jouwe

dat ze meer van mij is

rekening houdende met het aantal kilometers tot haar huis

ons verschil in lengte

haar voldoendes en onvoldoendes en de mijne

Ik heb meer uitgerekend

nu ik toch bezig ben om school voor gezien te houden

bijvoorbeeld hoe het beltegoed het beste te besteden

en hoe ik iets kan sparen

wat ik niet wil vertellen

ik heb de verhalen opgeteld

die ik buiten mijn spreekbeurten heb gehouden

hoeveel games ik ken

en welke letters daarin het meest voorkomen

en de grapjes die ik nog kon maken

over haar kale hoofd

haar steeds lichter wordende gezicht

een soort anti-neger wat nog even lachen werd

kijken wat ik overhoud

aan geld om haar voor de laatste keer te bellen

weet je ik bel je even

het komt allemaal goed hoor

Kijk ik door het infuus naar buiten

om te zien dat de lente in de lucht zit

terwijl achter mij de monitor doortelt

naar nul

daarna alle berekeningen drogen

eerst met een zakdoek

dan met de palm van mijn hand.

Ik doe waar ik toe aangespoord ben

Het gevaar niet de juiste persoon te zijn

niet bij zinnen te zijn

een fout te zijn in mijn overtuiging

een ijzige wind, te weinig kleren

en weten dat alles aandacht nodig heeft

maar dat voor mijn benen vergeten zijn

Ik denk te laat na over deze gedachte

Dat ene koude moment en anderhalve dag misselijk

van pijn die ik niet kende

wat zich in mijn lichaam klaarmaakt

Als ik stil sta waar ik stil sta

doe ik net alsof het ik daar duurde

Ik neem meer fouten mee

en van de ander wier haar ik zou dragen het beeld

van haar man achter een gebroken ruit

wat los zit slaat tegen de muren

haar jurk wappert in een gure oktoberwind

In de winter onder het ijs

een heel natuurgebied

De vondst

waarvan we niet het vinden hadden

maar wel de kennis en het aantal ongelukken

de stormschade

het huiselijk geweld

Niet hoe lang het ik duurde

Niet het zicht op de afslag waar nooit iets gebeurde

Het geluid vooral

Een uithangbord slaat tegen de dakrand

verhoogde hartslag, nu en dan uitval

en moeite met de tong

de werking ervan, het gehoorzamen.

Zij is een soort van halve vriendin

ik ken haar naam

ik weet wat ze draagt

ik weet hoe ze kleurt

Misschien de vierde vijfde halve want ik

heb al drie vier keer met een meisje

steeds een ander

dat telt op

Jij telt even hard van half naar kwart naar heel

het is een grappige som die niks betekent

maar het scheelt dat we met krankzinnige dingen

rekening kunnen houden

Ik kan berekenen dat mijn vriendschap

net iets groter is dan de jouwe

dat ze meer van mij is

rekening houdende met het aantal kilometers tot haar huis

ons verschil in lengte

haar voldoendes en onvoldoendes en de mijne

Ik heb meer uitgerekend

nu ik toch bezig ben om school voor gezien te houden

bijvoorbeeld hoe het beltegoed het beste te besteden

en hoe ik iets kan sparen

wat ik niet wil vertellen

ik heb de verhalen opgeteld

die ik buiten mijn spreekbeurten heb gehouden

hoeveel games ik ken

en welke letters daarin het meest voorkomen

en de grapjes die ik nog kon maken

over haar kale hoofd

haar steeds lichter wordende gezicht

een soort anti-neger wat nog even lachen werd

kijken wat ik overhoud

aan geld om haar voor de laatste keer te bellen

weet je ik bel je even

het komt allemaal goed hoor

Kijk ik door het infuus naar buiten

om te zien dat de lente in de lucht zit

terwijl achter mij de monitor doortelt

naar nul

daarna alle berekeningen drogen

eerst met een zakdoek

dan met de palm van mijn hand.

Ik doe waar ik toe aangespoord ben

Het gevaar niet de juiste persoon te zijn

niet bij zinnen te zijn

een fout te zijn in mijn overtuiging

een ijzige wind, te weinig kleren

en weten dat alles aandacht nodig heeft

maar dat voor mijn benen vergeten zijn

Ik denk te laat na over deze gedachte

Dat ene koude moment en anderhalve dag misselijk

van pijn die ik niet kende

wat zich in mijn lichaam klaarmaakt

Als ik stil sta waar ik stil sta

doe ik net alsof het ik daar duurde

Ik neem meer fouten mee

en van de ander wier haar ik zou dragen het beeld

van haar man achter een gebroken ruit

wat los zit slaat tegen de muren

haar jurk wappert in een gure oktoberwind

In de winter onder het ijs

een heel natuurgebied

De vondst

waarvan we niet het vinden hadden

maar wel de kennis en het aantal ongelukken

de stormschade

het huiselijk geweld

Niet hoe lang het ik duurde

Niet het zicht op de afslag waar nooit iets gebeurde

Het geluid vooral

Een uithangbord slaat tegen de dakrand

verhoogde hartslag, nu en dan uitval

en moeite met de tong

de werking ervan, het gehoorzamen.

Zij is een soort van halve vriendin

ik ken haar naam

ik weet wat ze draagt

ik weet hoe ze kleurt

Misschien de vierde vijfde halve want ik

heb al drie vier keer met een meisje

steeds een ander

dat telt op

Jij telt even hard van half naar kwart naar heel

het is een grappige som die niks betekent

maar het scheelt dat we met krankzinnige dingen

rekening kunnen houden

Ik kan berekenen dat mijn vriendschap

net iets groter is dan de jouwe

dat ze meer van mij is

rekening houdende met het aantal kilometers tot haar huis

ons verschil in lengte

haar voldoendes en onvoldoendes en de mijne

Ik heb meer uitgerekend

nu ik toch bezig ben om school voor gezien te houden

bijvoorbeeld hoe het beltegoed het beste te besteden

en hoe ik iets kan sparen

wat ik niet wil vertellen

ik heb de verhalen opgeteld

die ik buiten mijn spreekbeurten heb gehouden

hoeveel games ik ken

en welke letters daarin het meest voorkomen

en de grapjes die ik nog kon maken

over haar kale hoofd

haar steeds lichter wordende gezicht

een soort anti-neger wat nog even lachen werd

kijken wat ik overhoud

aan geld om haar voor de laatste keer te bellen

weet je ik bel je even

het komt allemaal goed hoor

Kijk ik door het infuus naar buiten

om te zien dat de lente in de lucht zit

terwijl achter mij de monitor doortelt

naar nul

daarna alle berekeningen drogen

eerst met een zakdoek

dan met de palm van mijn hand.

Ik doe waar ik toe aangespoord ben

Het gevaar niet de juiste persoon te zijn

niet bij zinnen te zijn

een fout te zijn in mijn overtuiging

een benauwde hitte, te weinig wind

en weten dat alles aandacht nodig heeft

maar dat voor mijn benen vergeten zijn

Ik denk te laat na over deze gedachte

Dat ene koude moment en anderhalve dag misselijk

van pijn die ik niet kende

wat zich in mijn lichaam klaarmaakt

Als ik stil sta waar ik stil sta

doe ik net alsof het ik daar duurde

Ik neem meer fouten mee

en van de ander wier haar ik zou dragen het beeld

van haar man achter een gebroken ruit

wat los zit valt van het dak

haar jurk kruipt in de zon omhoog

In de haven tussen de schepen

een woeste woekering

De vondst

waarvan we niet het vinden hadden

maar wel de kennis en het aantal ongelukken

de brandschade

het huiselijk geweld

Niet hoe lang het ik duurde

Niet het zicht op de tuinen waar nooit iets gebeurde

Het geluid vooral

Een uithangbord slaat tegen de dakrand

verhoogde hartslag, nu en dan uitval

en moeite met de tong

de werking ervan, het gehoorzamen.

Zij is een soort van halve vriendin

ik ken haar naam

ik weet wat ze draagt

ik weet hoe ze kleurt

Misschien de vierde vijfde halve want ik

heb al drie vier keer met een meisje

steeds een ander

dat telt op

Jij telt even hard van half naar kwart naar heel

het is een grappige som die niks betekent

maar het scheelt dat we met krankzinnige dingen

rekening kunnen houden

Ik kan berekenen dat mijn vriendschap

net iets groter is dan de jouwe

dat ze meer van mij is

rekening houdende met het aantal kilometers tot haar huis

ons verschil in lengte

haar voldoendes en onvoldoendes en de mijne

Ik heb meer uitgerekend

nu ik toch bezig ben om school voor gezien te houden

bijvoorbeeld hoe het beltegoed het beste te besteden

en hoe ik iets kan sparen

wat ik niet wil vertellen

ik heb de verhalen opgeteld

die ik buiten mijn spreekbeurten heb gehouden

hoeveel games ik ken

en welke letters daarin het meest voorkomen

en de grapjes die ik nog kon maken

over haar kale hoofd

haar steeds lichter wordende gezicht

een soort anti-neger wat nog even lachen werd

kijken wat ik overhoud

aan geld om haar voor de laatste keer te bellen

weet je ik bel je even

het komt allemaal goed hoor

Kijk ik door het infuus naar buiten

om te zien dat de lente in de lucht zit

terwijl achter mij de monitor doortelt

naar nul

daarna alle berekeningen drogen

eerst met een zakdoek

dan met de palm van mijn hand.

Ik doe waar ik toe aangespoord ben

Het gevaar niet de juiste persoon te zijn

niet bij zinnen te zijn

een fout te zijn in mijn overtuiging

een benauwde hitte, te weinig wind

en weten dat alles aandacht nodig heeft

maar dat voor mijn benen vergeten zijn

Ik denk te laat na over deze gedachte

Dat ene koude moment en anderhalve dag misselijk

van pijn die ik niet kende

wat zich in mijn lichaam klaarmaakt

Als ik stil sta waar ik stil sta

doe ik net alsof het ik daar duurde

Ik neem meer fouten mee

en van de ander wier haar ik zou dragen het beeld

van haar man achter een gebroken ruit

wat los zit valt van het dak

haar jurk kruipt in de zon omhoog

In de haven tussen de schepen

een woeste woekering

De vondst

waarvan we niet het vinden hadden

maar wel de kennis en het aantal ongelukken

de brandschade

het huiselijk geweld

Niet hoe lang het ik duurde

Niet het zicht op de tuinen waar nooit iets gebeurde

Het geluid vooral

Een uithangbord slaat tegen de dakrand

verhoogde hartslag, nu en dan uitval

en moeite met de tong

de werking ervan, het gehoorzamen.

Zij is een soort van halve vriendin

ik ken haar naam

ik weet wat ze draagt

ik weet hoe ze kleurt

Misschien de vierde vijfde halve want ik

heb al drie vier keer met een meisje

steeds een ander

dat telt op

Jij telt even hard van half naar kwart naar heel

het is een grappige som die niks betekent

maar het scheelt dat we met krankzinnige dingen

rekening kunnen houden

Ik kan berekenen dat mijn vriendschap

net iets groter is dan de jouwe

dat ze meer van mij is

rekening houdende met het aantal kilometers tot haar huis

ons verschil in lengte

haar voldoendes en onvoldoendes en de mijne

Ik heb meer uitgerekend

nu ik toch bezig ben om school voor gezien te houden

bijvoorbeeld hoe het beltegoed het beste te besteden

en hoe ik iets kan sparen

wat ik niet wil vertellen

ik heb de verhalen opgeteld

die ik buiten mijn spreekbeurten heb gehouden

hoeveel games ik ken

en welke letters daarin het meest voorkomen

en de grapjes die ik nog kon maken

over haar kale hoofd

haar steeds lichter wordende gezicht

een soort anti-neger wat nog even lachen werd

kijken wat ik overhoud

aan geld om haar voor de laatste keer te bellen

weet je ik bel je even

het komt allemaal goed hoor

Kijk ik door het infuus naar buiten

om te zien dat de lente in de lucht zit

terwijl achter mij de monitor doortelt

naar nul

daarna alle berekeningen drogen

eerst met een zakdoek

dan met de palm van mijn hand.

Ik doe waar ik toe aangespoord ben

Het gevaar niet de juiste persoon te zijn

niet bij zinnen te zijn

een fout te zijn in mijn overtuiging

een benauwde hitte, te weinig wind

en weten dat alles aandacht nodig heeft

maar dat voor mijn benen vergeten zijn

Ik denk te laat na over deze gedachte

Dat ene koude moment en anderhalve dag misselijk

van pijn die ik niet kende

wat zich in mijn lichaam klaarmaakt

Als ik stil sta waar ik stil sta

doe ik net alsof het ik daar duurde

Ik neem meer fouten mee

en van de ander wier haar ik zou dragen het beeld

van haar man achter een gebroken ruit

wat los zit valt van het dak

haar jurk kruipt in de zon omhoog

In de zomer tussen de rozen

een heel slagveld

De vondst

waarvan we niet het vinden hadden

maar wel de kennis en het aantal ongelukken

de brandschade

het huiselijk geweld

Niet hoe lang het ik duurde

Niet het zicht op de heuvels waar nooit iets gebeurde

Het geluid vooral

Een uithangbord slaat tegen de dakrand

verhoogde hartslag, nu en dan uitval

en moeite met de tong

de werking ervan, het gehoorzamen.

Zij is een soort van halve vriendin

ik ken haar naam

ik weet wat ze draagt

ik weet hoe ze kleurt

Misschien de vierde vijfde halve want ik

heb al drie vier keer met een meisje

steeds een ander

dat telt op

Jij telt even hard van half naar kwart naar heel

het is een grappige som die niks betekent

maar het scheelt dat we met krankzinnige dingen

rekening kunnen houden

Ik kan berekenen dat mijn vriendschap

net iets groter is dan de jouwe

dat ze meer van mij is

rekening houdende met het aantal kilometers tot haar huis

ons verschil in lengte

haar voldoendes en onvoldoendes en de mijne

Ik heb meer uitgerekend

nu ik toch bezig ben om school voor gezien te houden

bijvoorbeeld hoe het beltegoed het beste te besteden

en hoe ik iets kan sparen

wat ik niet wil vertellen

ik heb de verhalen opgeteld

die ik buiten mijn spreekbeurten heb gehouden

hoeveel games ik ken

en welke letters daarin het meest voorkomen

en de grapjes die ik nog kon maken

over haar kale hoofd

haar steeds lichter wordende gezicht

een soort anti-neger wat nog even lachen werd

kijken wat ik overhoud

aan geld om haar voor de laatste keer te bellen

weet je ik bel je even

het komt allemaal goed hoor

Kijk ik door het infuus naar buiten

om te zien dat de lente in de lucht zit

terwijl achter mij de monitor doortelt

naar nul

daarna alle berekeningen drogen

eerst met een zakdoek

dan met de palm van mijn hand.

Ik doe waar ik toe aangespoord ben

Het gevaar niet de juiste persoon te zijn

niet bij zinnen te zijn

een fout te zijn in mijn overtuiging

een benauwde hitte, te weinig wind

en weten dat alles aandacht nodig heeft

maar dat voor mijn benen vergeten zijn

Ik denk te laat na over deze gedachte

Dat ene koude moment en anderhalve dag misselijk

van pijn die ik niet kende

wat zich in mijn lichaam klaarmaakt

Als ik stil sta waar ik stil sta

doe ik net alsof het ik daar duurde

Ik neem meer fouten mee

en van de ander wier haar ik zou dragen het beeld

van haar man achter een gebroken ruit

wat los zit valt van het dak

haar jurk kruipt in de zon omhoog

In de zomer tussen de rozen

een heel slagveld

De vondst

waarvan we niet het vinden hadden

maar wel de kennis en het aantal ongelukken

de stormschade

het huiselijk geweld

Niet hoe lang het ik duurde

Niet het zicht op de afslag waar nooit iets gebeurde

Het geluid vooral

Een uithangbord slaat tegen de dakrand

verhoogde hartslag, nu en dan uitval

en moeite met de tong

de werking ervan, het gehoorzamen.